Vijf kleedtips voor die fotosessie op je werk
‘Oh nee’, dacht ik toen ik iedereen met jasjes over hun arm zag binnenlopen. ‘Nu gaan ze de plank mis slaan. Waarom die ‘jasjes’, vroeg ik voorzichtig. ‘Dat heeft een uniforme uitstraling’, antwoordde de marketingdame van het bedrijf. Dat klopt wel, maar ze bereikte ook dat niet iedereen zichzelf was. Daarom 5 do’s en don’ts voor die fotosessie op je werk.
1. Draag alleen een colbertje als je dat normaal ook draagt
In de jaren ’90 kleden mensen zich veel meer naar hun functie, en minder zoals ze in hun dagelijks leven waren. Je was daardoor zelfs bijna een ander persoon thuis dan op je werk. Gelukkig streven steeds meer mensen vandaag de dag naar echtheid. Mijn advies is dan ook om tijdens de fotosessie te dragen, wat je aan hebt bij het eerste klantcontact.
Voel je goed in een jasje? Dan past dat bij je. Trek je het uit tijdens een zoomsessie, of zodra je op de werkvloer bent? Vraag jezelf dan af of je je wel zo comfortabel voelt in een colbert. Ik fotograaf je graag zo persoonlijk mogelijk, niet als de inwisselbare bankmeneer of verzekeringsmevrouw. Deskundigheid zit hem niet in je kleding, dat straal je uit.
2. Gebruik kleuren niet als truc
Sommige kleuren vallen op, en daar kun je iets mee overbrengen. Dat klopt. Maar… geven die kleuren wel het juiste beeld van jou? Is dat wel het imago dat bij je past en wat je wilt overbrengen? Zo herinner ik me nog die dame in haar rode leren jasje. Een jasje met een ‘statement kleur’ en ‘statement materiaal’. Het was het jasje uit haar kast dat het meeste opviel, maar dat ze het minste droeg.
Na de sessie keek ze vertwijfeld naar de foto’s: ze kon zichzelf maar niet herkennen. Het rode jasje zei iets over haar, wat eigenlijk niet bij haar hoorde. De foto’s met het tweede setje dat ze had meegebracht, knalden van het scherm af. Yes, daar was ze!
3. Als bloemetjes of prints bij je passen is dat oké
Sommige mensen kunnen het hebben: drukke prints of bloemetjespatronen. Als jij die persoon bent en dat ook graag draagt op de werkvloer, trek dat dan gerust aan tijdens een fotosessie. Toen ik onlangs een fotocollage van het team bij een makelaarskantoor maakte, sprak een collega een ander aan op haar bloemetjesblouse. Zo zou ze buiten de boot vallen, redeneerde ze.
Maar deze dame was binnen het team juist de vrolijke noot. Ze deed het vaak net even anders dan de rest, en dat communiceerde ze dan ook met haar kleding. Het paste bij haar. De collage was een succes. Alle teamleden stonden er niet alleen deskundig op, maar ook als zichzelf. Iets wat alleen maar vertrouwen wekt bij de klant die je zoekt, en dat is uiteindelijk waar je het voor doet.
4. Overleg met elkaar wat je aantrekt
Effen, blauwe en grijze tinten met één opvallende kleur pakken vaak heel goed uit op een foto. Maar stem die kleuren wel even met elkaar af, zodat niet iedereen in dezelfde outfit komt. Anders worden de foto’s te veel een eenheidsworst. Laat zwarte kledij liever thuis, net als kleding met opvallende logo’s, en te uitgesproken seizoenskleding. Als de kleding tijdloos is, sta je er zowel in de winter als in de zomer goed op. Twijfel je? Neem dan maximaal twee kledingsetjes mee waarin je je goed voelt. Zo kunnen we eventueel ter plekke een wissel doen.
5. Goed verzorgd op de foto, is het halve werk
Haren geknipt of netjes gekamd, schoenen gepoetst en een beetje vet op je lippen. Als je er verzorgd uitziet, kom je al heel aantrekkelijk over. Ook kwalitatief mooie stoffen doen het goed. Laat voor de rest alles varen, en kom vooral als jezelf. Dan kan het niet misgaan.